Door VMCA ontwikkeld lespakket over Mantelzorg uitgereikt aan Windesheim
ALMERE - Zorgen voor iemand met een ziekte of beperking; als mantelzorger kan er veel op je afkomen. Bij het Expertisecentrum Mantelzorg Almere (onderdeel van het VMCA) weten ze hier alles van. Goede, proactieve ondersteuning van mantelzorgers vraagt expertise. Daarom heeft het VMCA in samenwerking met Studio Tinus een lespakket ontwikkeld voor toekomstige professionals in de zorg. Maandag 7 februari vond de lancering plaats bij Windesheim. De hogeschool is blij met het initiatief en zet het educatieve programma direct in voor de studenten Social Work tijdens de Special Week.
Belangrijk onderdeel van het lespakket is de korte speelfilm De Nestvlieder. Deze tragikomische film, gemaakt door studio Tinus, gaat over een disfunctioneel gezin dat gebukt gaat onder de mantelzorg die geboden wordt aan moeder Teuntje. In de film worden onderwerpen als miscommunicatie en eenzaamheid aangesneden vanuit een mantelzorg perspectief. Leuke bijkomstigheid is dat de film is opgenomen in De Buitenkans, een ecologische wijk in Almere-Buiten.
Jos Alders, projectcoördinator Informele Zorg van VMCA, is nauw betrokken bij de ontwikkeling van het lespakket: “Studenten leren wat mantelzorg precies is, wat de impact van mantelzorg kan zijn op verschillende aspecten van het leven en krijgen de juiste handvatten aangereikt om mantelzorgers te herkennen. Maar de studenten leren ook hoe ze mantelzorgers kunnen ondersteunen en begeleiden”.
"We zijn er trots op dat wij als eerste onderwijsinstelling het educatieve programma mogen uitvoeren”, aldus Astrid Broekman, docent Social Work van Windesheim. “In de week van 7 februari organiseren we voor onze studenten een Special Week vol creatieve activiteiten. De eerste dag staat in het teken van mantelzorg. Na de vertoning van De Nestvlieder organiseren we een panelgesprek met experts van de VMCA en Studio Tinus en namens Windesheim de student counselor en twee eerstejaarsstudenten die zelf mantelzorg verlenen. Er is er volop gelegenheid om elkaars (kijk)ervaringen te delen.” Alle betrokkenen hopen dat het educatieve programma door meer scholen/opleidingen wordt ingezet.