Marc van Rooij, fractievoorzitter van 50PLUS strijdt voor verkiezingsborden. (Foto: aangeleverd)
Marc van Rooij, fractievoorzitter van 50PLUS strijdt voor verkiezingsborden. (Foto: aangeleverd) Bart Buijs

Nu ook verkiezingsbordenoorlog in Almere?

Algemeen

ALMERE – Na Dronten is er ook in Almere onenigheid over het plaatsen van verkiezingsborden door politieke partijen voor de Provinciale Statenverkiezingen van 15 maart. In Dronten wilde de burgemeester geen verkiezingsborden, maar hij werd teruggefloten door zijn juristen. In Almere is nog steeds onduidelijkheid over het plaatsen van borden en het plakken van posters.

Door Robert Mienstra

“Verkiezingen zijn het feestje van de democratie, en dan hang je slingers op”, zegt Marc van Rooij fractievoorzitter van 50PLUS. Bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2022 zorgde hij ervoor dat de gemeente toestond dat er door de politieke partijen verkiezingsborden in de wijken geplaatst konden worden. “Om de kiezers de stemhokjes in te krijgen moet de stad ‘verkiezingen’ uitademen. Alle kiezers moeten uitgedaagd worden een stem uit te brengen op de partij van hun keuze, groot en klein.”

Wet

“Het niet geven aan partijen van mogelijkheden om zich te profileren is wat 50PLUS niet alleen strijd met de wet”, stelt Van Rooij, “maar versterkt mogelijk het wantrouwen bij de kiezers en het gevoel dat politiek in achterkamertjes plaats vindt en dat dit alleen in Den Haag besloten wordt. Juist de provinciale statenverkiezingen zijn voor Flevolanders. Het is dus ook van groot belang dat alle partijen duidelijk kunnen maken dat ze gehoord worden.”

Te weinig

Op dit moment stelt de gemeente zeven borden ter beschikking aan de partijen om verkiezingsposters te plakken. “Veel te weinig”, stelt Van Rooij, “zeven borden geven te weinig betekenis aan de verkiezingen in een grote stad als Almere. De wet staat veel meer toe.”
Van Rooij concludeert dat binnen de kieswet geen specifieke regels over de borden zijn opgenomen. De kiesraad verwijst naar een uitspraak van de Hoge Raad die bepaalt dat er ‘mogelijkheden van enige betekenis’ dienen te zijn voor alle politieke partijen tijdens de verkiezingscampagnes. Kortom, de partijen moeten dezelfde mogelijkheden krijgen als bij de gemeenteraadsverkiezingen.