Raadslid Esther Hagelaar (GroenLInks) op de bres voor WMO-cliënten
Algemeen‘Uitvoering nieuwe verordening kan voor te weinig hulp zorgen’
ALMERE - “Er is een groot verschil tussen het opgestelde beleid van de gemeente voor de uitvoering van de Wet Maatschappelijke ondersteuning (WMO) en de praktijk die de zorgverleners uitvoeren”, zegt Esther Hagelaar, raadslid van GroenLinks. “Door die praktijk zien WMO-cliënten regelmatig dat hun hulp minder wordt dan ze gewend zijn. De WMO is zo complex dat cliënten niet meer weten waar ze recht op hebben.”
Door Robert Mienstra
Hagelaar worstelt als raadslid met het probleem. “Vanaf 2023 is de WMO-verordening veranderd. Alle cliënten, ook de nieuwe, krijgen dit jaar een intake waarmee hun zorg opnieuw geïndiceerd wordt. In een flink aantal gevallen levert dit minder zorg op voor de cliënten.”
De uitvoering van de WMO is complex, maar ook de indicering. “Er is voor de zorgaanbieders een lijst opgesteld die in een gesprek met de cliënten afgevinkt wordt, waar dan een aantal uren zorg uit komt”, legt Hagelaar uit. “Voorheen kregen de cliënten een arrangement. Maar, die lijst is nog niet klaar en ook nog formeel niet gepresenteerd. Toch werken de zorgaanbieders al met deze lijst. En dat levert voor een flink aantal cliënten minder zorg op dan ze nodig hebben.”
Daarbij constateert Hagelaar dat er te weinig gemeentelijke WMO-consulenten zijn, waardoor die onder grote tijdsdruk komen te staan. “Wordt de WMO-indicatie dan wel zorgvuldig uitgevoerd?”, vraagt het raadslid zich af. “Er zijn veel goede bedoelingen, maar er gaat nu veel fout bij de WMO.”
Afname
Op de site van de gemeente staat: ‘Voorlopig blijft jouw ondersteuning zoals je dat gewend bent. Je krijgt een gesprek met de gemeente en jouw zorgaanbieder(s)’. Maar Hagelaar ziet dat er wel degelijk wat verandert voor de cliënten. “Ik hoor van betrokkenen dat ze na het gesprek wel degelijk in uren hulp teruggaan. Vaak is dat aantal dan te weinig. Vooral op het gebied van huishoudelijke hulp krijg ik berichten dat het aantal uren afneemt waardoor mensen in de problemen komen. Inderdaad, het beleid is duidelijk, maar de praktische uitvoering door de zorgaanbieders is anders.”
Complex
De WMO voorziet in individuele begeleiding, dagbesteding met of zonder vervoer, kortdurend verblijf, huishoudelijke ondersteuning, beschermd wonen, maatschappelijke opvang, vervoer, aanpassingen aan de woning en hulpmiddelen. “Vaak maken mensen gebruik van meerdere van deze mogelijkheden. Vooral kwetsbare cliënten krijgen dan te maken met veel administratie en meerdere zorginstellingen. Dan moet je van goeden huize komen om dat allemaal te regelen. Door deze complexiteit komt het voor dat mensen niet de hulp krijgen ze nodig hebben. Tel daarbij de uitvoering van de nieuwe verordening bij op, en de mensen zien door de bomen het bos niet meer. ”
Hagelaar raadt cliënten die vinden dat het niet goed gaat, een klacht in te dienen bij de gemeente. “Doe dat vooral schriftelijk, niet telefonisch, want dan verdwijnt de klacht nogal eens. Als de gemeente leest hoe het in de praktijk vaak misgaat, kan ze in positie worden gebracht om het systeem te verbeteren. Een klacht indienen bij de zorginstanties kan ook. Die zijn verplicht de klachten weer aan de gemeente door te spelen.”