Afbeelding
Almere DEZE WEEK

Kijkje achter de schermen in stadhuis: Werk en Inkomen.Sadé Bromet, klantmanager statushouders van de gemeente Almere

Algemeen

STAD – Het stadhuis kent een groot aantal medewerkers dat dagelijks honderden contacten heeft met Almeerse inwoners. Almere DEZE WEEK neemt een aantal keren een kijkje achter de schermen in het stadhuis. Met wie van de gemeente hebben de inwoners van Almere contact?
Vandaag: Sadé Bromet (21) van de Dienst Sociaal Domein, Werk en Inkomen. Zij hielp eerder jongeren en momenteel statushouders op weg naar werk.


“Ik begeleid bijstandsgerechtigde statushouders die we hier klanten noemen, richting scholing of werk”, vertelt Sadé Bromet. Haar werk moet zorgvuldig en is intensief. “Ik voer altijd een uitgebreid intakegesprek met klanten. En dan breng ik echt alles in kaart van de klant, de werkervaring, de scholing, de woonsituatie, eventuele schulden, eventuele justitiële achtergronden, de gezondheid. Echt alles”, legt ze uit. “Daardoor krijg ik een goed beeld van de klant zodat die op de juiste plek terecht komt. Dat kan vrijwilligerswerk zijn, een werkervaringsplek of betaald werk.”
Die dienst streeft naar uitstroom naar betaald werk. “Dat is het mooiste”, vertelt Bromet. “Maar soms is dat niet mogelijk door trauma’s of gezondheidsproblemen. Maar er zijn dan altijd andere opties.”

Deelnemen


Na de intake gaat een accountmanager van de gemeente aan de slag om een juiste plek voor de statushouder te vinden. “Die accountmanager kent het bedrijfsleven en de andere organisaties goed. Uiteindelijk komt de klant terecht op een plek waar hij actief aan de samenleving kan deelnemen. Dat kan in Almere zijn, maar ook buiten Almere. Bij de statushouders worden het met name werkervaringsplekken gezocht. Daar kunnen ze dan ook snel de taal leren, en ontdekken hoe het is om in Nederland te werken.”
Zolang de statushouder nog bijstand heeft, blijft hij in beeld bij Bromet. “Ik wil ze dan zo vaak mogelijk spreken. En daar houden ze zich altijd keurig aan. Als een klant uiteindelijk uit de uitkering is, dan hebben we geen contact meer.”

Nederlands


Bromet probeert altijd eerst in het Nederlands met de statushouders te communiceren. “Dan ontdek ik meteen hoe het staat met de taalvaardigheid in het Nederlands. Als het nodig is nemen de klanten zelf iemand mee die kan tolken. En in andere gevallen maak ik gebruik van de tolkentelefoon. Maar ik toets altijd toch hoever ik met het Nederlands kom. Ik gebruik ook wel plaatjes van internet om zaken duidelijk te maken en zelfs gebarentaal.”

Plichten


“De klanten hebben natuurlijk rechten”, zegt Bromet, “maar zeker ook hun plichten. Die moeten ze naleven. Als de statushouders aan het werk kunnen, moeten ze dat ook aannemen, ze moeten bijvoorbeeld bereid zijn om in totaal 3 uur te reizen voor het werk. Als ze bijvoorbeeld weigeren op het reizen, dan kunnen ze daarvoor een maatregel krijgen. Natuurlijk probeer ik dat te voorkomen, na een goed gesprek komen we er meestal wel uit en houden ze zich er aan. Dat hoort ook bij mijn dienstverlening.”

Afstuderen


Bromet studeert binnenkort af bij de opleiding Sociaal-Juridische dienstverlening van de HVA. “In mijn derde jaar liep ik stage op het stadhuis bij deze dienst. Toen er een vacature kwam werd ik aangenomen. Ik heb hier zoveel geleerd, de wet- en regelgeving, gesprekstechnieken, omgaan met cultuurverschillen en sowieso omgaan met mensen. Normen en waarden van mensen uit andere landen kunnen enorm verschillen van de onze. Die verschillen heb ik leren kennen en ik kan daar nu mee omgaan. Ja, dit is echt heel mooi en leerzaam werk.”

Uit de krant

Politiek

112

Uit

Sport

Wonen

Auto