Jesse Luijendijk: 'zoveel mogelijk bomen behouden ' (Archieffoto: Fred Rotgans)
Jesse Luijendijk: 'zoveel mogelijk bomen behouden ' (Archieffoto: Fred Rotgans) Fred Rotgans

Jesse Luijendijk draagt idealen ook als wethouder uit

Politiek

ALMERE – Jesse Luijendijk voerde als fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren jarenlang vrij stevig oppositie tegen het college, zeker op de punten waar de partij zich sterk voor maakt. Nu maakt hij er zelf deel van uit. Demonsteren tegen bomenkap? ‘Nee, dat zit er niet meer in.’

Door Marcel Beijer

“Als je bij de Partij voor de Dieren hoort, hou je er niet echt rekening mee dat je snel wethouder wordt. Het is ook best een behoorlijke overgang”, erkent Luijendijk. “Ik heb niet getwijfeld. We wilden iemand uit Almere en ik was de logische kandidaat. We hebben veel van onze ideeën in het coalitieakkoord kunnen krijgen. Het werd een mooi akkoord dat Almere mooier, groener en diervriendelijker maakt. Dat gaf voor mij de doorslag. Kijk, het zal onvermijdelijk zijn dat er nog wel eens een boom gekapt wordt, maar we gaan er wel voor zorgen dat zoveel mogelijk bomen gewoon behouden blijven. Ik had als wethouder de bomen op de Westerdreef laten staan, ja.”

Dierenwelzijn

Het meest trots is Luijendijk op de stappen die gemaakt worden op het gebied van Dierenwelzijn. Die ambitie zorgde er echter wel voor dat het nieuwe college de hengelsport niet meer zal faciliteren, wat direct een flinke clash opleverde met de hengelsportvereniging. “Ik sta voor mijn idealen en dan hoort het erbij dat je zaken die niet diervriendelijk zijn ook niet gaat faciliteren. Dat is wat anders dan verbieden. We werken alleen niet meer actief mee. Dat Dierenwelzijn moet straks gaan landen in het hele gemeentelijke beleid: in subsidieverlening, in het evenementenbeleid. Daar is in de coalitie brede overeenstemming voor. We zijn een goed team en we gaan echt grote stappen zetten om het belang van dieren breder te trekken dan uitsluitend het belang van mensen.”

Minder maaien

Ook het speerpunt van ecologie zal binnenkort al merkbaar zijn, zegt Luijendijk. “Dit voorjaar zal er veel minder gemaaid gaan worden om zo de insecten te helpen. De tien tot twaalf maaibeurten per jaar worden op veel plaatsen teruggebracht tot drie keer. Dat is geen bezuiniging, we willen de stad mooier en toekomstbestendiger maken. Die ambitie was er al op het stadhuis, nu krijgt het vorm. Ik heb dat echt niet als een mammoettanker hoeven doordrukken. Later dit jaar kom ik met een voorstel voor klimaatadaptatie. Daar komt in te staan hoe je met groot onderhoud en nieuwbouw al vooraf rekening kunt houden om de stad leefbaar te houden bij extreme hitte of juist wateroverlast. Dat bespaart uiteindelijk ook weer geld.”

Afbreukrisico

Er zijn niet veel gemeenten die een erkende oppositiepartij als de Partij voor de Dieren in het college hebben. “Het heeft inderdaad een afbreukrisico”, stelt Luijendijk. “De makkelijke weg is om vanaf de zijlijn te blijven roepen. Maar bij onze partij zijn de idealen leidend en we hebben veel punten in het beleid gekregen. Het is mooi om je daar als wethouder voor in te mogen zetten, maar ik moest wel wennen aan die rol. Er is geen opleiding voor en soms moest ik het college in de eerste vergadering al vertegenwoordigen op een onderwerp als Nobelhorst. Dat is niet mijn onderwerp en voelde dus ongemakkelijk. Dat is wellicht zichtbaar. Ik ben geen goede pokerspeler, misschien. Dat is dan maar zo. Je ziet tegelijkertijd ook dat de raadsleden van mijn eigen partij kritisch blijven. Ook op mij. Dat is belangrijk. Ze houden ons scherp. We willen geen plucheplakkers zijn.”

Uit de krant

Politiek

112

Uit

Sport

Wonen

Auto