Vermoeden gesjoemel met koopwoningen

Vermoeden gesjoemel met koopwoningen

Door Robert Mienstra

ALMERE – In Almere geldt een opkoopbescherming voor koophuizen tot 405.000 euro (NHG-grens). De kopers van dat soort huizen moeten zelf in die woningen gaan wonen. Volgens het CDA en de PvdA lijkt het erop dat deze regeling fors ontdoken wordt in Almere. Dit stelden zij op de Politieke Markt van afgelopen donderdag.

In alle grotere steden in Nederland worden steeds vaker koopwoningen opgekocht door kleine en grote investeerders voor de verhuur. Hierdoor hebben woningzoekenden minder kans om een woning te kopen in Almere. Omdat investeerders vaak bereid zijn meer te betalen voor een woning die ze gaan verhuren, gaan hierdoor ook de prijzen omhoog.
Uit cijfers blijkt dat dat vanaf 1 december 2022 van de 210 verkopen van woningen onder de NHG-grens er liefst 104 zijn waarbij eigenaar en gebruiker afwijken, dat 23 woningen eigendom zijn van een BV waarvan zeventien onder één BV, stelde Kees Sanderse van het CDA. De cijfers deden de wenkbrauwen fronsen bij veel raadsleden. “Zeker bij die BV’s zit er een luchtje aan”, zeiden raadsleden na afloop van de vergadering. Daarom lijkt de motie van het CDA en de PvdA op een meerderheid in de raad te kunnen gaan rekenen om echt te gaan handhaven op de opkoopbescherming.

Steun

Wethouder Julius Lindebergh (VVD) van wonen zei dat hij de motie kon steunen, met de waarschuwing dat er risico’s aan de handhaving zitten. “We kunnen dan in juridische procedures terecht komen die veel geld kosten.”
De rol van makelaars en notarissen kwam ook ter sprake. “Ik ga ervan uit zij de regelgeving kennen”, zei Lindenbergh. “Maar of een makelaar of notaris weet wat er na de koop van een woning ermee gaat gebeuren, is moeilijk te controleren. Ik ga ervan uit dat zij de kopers op het bestaan van de opkoopbescherming wijzen.”
De opkoopbescherming is op 24 mei 2022 in Almere ingegaan.